Insulinoom of Insulinoma is een veel voorkomende hormonale aandoening bij de fret, die meestal wordt gezien bij fretten ouder dan 3 jaar, zowel bij mannetjes als vrouwtjes. De ziekte wordt veroorzaakt door de vorming van insulinomen. Dit zijn kleine tumorale knobbeltjes in de alvleesklier, die bestaan uit speciale ß-cellen. De ß-cellen zijn normale cellen in de alvleesklier die het hormoon insuline produceren. Dit hormoon gaat de bloedbaan in en zorgt ervoor dat bloedsuiker (glucose) uit het bloed in de cellen van alle weefsels in het lichaam wordt opgenomen, zodat de cellen dit kunnen gebruiken als energiebron. Ook wordt op die manier een normale bloedsuikerspiegel behouden. Bij insulinoom gaan de ß-cellen ongeremd groeien en wordt er daardoor te veel insuline geproduceerd. Dit zorgt voor een te lage bloedsuikerspiegel en suikertekort in weefsels zoals de hersenen, waardoor de fret klachten krijgt.
Oorzaak
De precieze reden waarom een fret op een bepaald moment insulinoom ontwikkelt, is niet volledig opgehelderd. Er wordt vermoed dat insulinoom deels een genetische basis heeft. Ook zou de ziekte vaker worden gezien bij fretten die een voer krijgen dat laag van kwaliteit is en veel koolhydraten (suikers) bevat.
Als bij een gezonde fret de bloedsuikerspiegel te laag wordt, dan stoppen de ß-cellen met het afgeven van insuline aan het bloed door de ß-cellen. Er worden dan andere hormonen geproduceerd die de bloedsuikerspiegel gaan herstellen. Bij een fret met insulinoom is dit mechanisme verstoord. Er wordt overmatig veel insuline geproduceerd, zelfs als de bloedsuikerspiegel al laag is.
Symptomen
De klachten die bij insulinoom bij de fret worden gezien zijn het gevolg van een te lage bloedsuikerspiegel en suikertekort in de weefsels. De klachten kunnen acuut optreden, maar er kan soms voorafgaand aan deze acute klachten een periode zijn waarin de fret langzaam achteruit gaat. Het dier wordt dan zwakker, vermagert ondanks een goede eetlust en verliest spiermassa. Dit wordt echter niet altijd door de eigenaar opgemerkt. Als er uiteindelijk een te groot suikertekort in de hersenen ontstaat kan een fret een acute aanval van zwakte krijgen. Dit uit zich in speekselen, sufheid, een glazige blik, abnormaal gedrag, een dronkemansgang of zwakte in de achterhand, of in ernstige gevallen plat op de zij liggen, epileptische aanvallen of in coma raken. Niet al deze symptomen zijn altijd aanwezig. Een aanval kan mild zijn en zich soms spontaan weer herstellen. Ook hierdoor kan de ziekte in het beginstadium soms worden gemist. De aanvallen treden dan vooral op tijdens inspanning, stress of wanneer een fret een tijdje niet eet. Uiteindelijk worden (wanneer geen behandeling wordt ingesteld) de periodes van zwakte echter langer en ernstiger en zal de fret verder achteruitgaan.
Diagnose
De diagnose van insulinoom bij de fret wordt gesteld aan de hand van het verhaal van de eigenaar en het doen van een lichamelijk onderzoek en bloedonderzoek. Op het moment dat de fret geen aanval heeft, is het lichamelijk onderzoek meestal normaal. In chronische gevallen kan wel worden opgemerkt dat de fret mager en weinig gespierd is. Er kan bloed worden afgenomen om de bloedsuikerspiegel te controleren. Soms zijn hiervoor meerdere bloednames nodig. Als een fret een acute aanval heeft wanneer hij of zijn in de praktijk komt, dan wordt zo snel mogelijk intensief behandeld. De kleine tumoren in de alvleesklier zijn meestal niet op een echo van de buik te zien. Wel kan een echo helpen om te kijken of er uitzaaiingen zijn in bijvoorbeeld de lever. Dit is iets wat we in zeldzame gevallen zien en is uiteraard minder gunstig voor de prognose.
Behandeling
De beste optie voor de behandeling van insulinoom bij de fret is chirurgie, waarbij de tumortjes zo goed mogelijk verwijderd worden. Echter, vaak zijn er op het moment van operatie al microscopisch kleine uitzaaiingen in de rest van de alvleesklier, die niet met het blote oog te zien zijn. Daarom zorgt een operatie er niet voor dat de fret volledig verlost is van het insulinoom, en kunnen tumoren terugkomen. Het kan echter wel de levensverwachting van de fret verhogen. Na een operatie is er regelmatig controle nodig van de bloedsuikerspiegel. Wanneer er niet voor chirurgie gekozen wordt, kunnen medicijnen worden ingezet. Hiermee wordt de oorzaak niet weggenomen, maar wordt geprobeerd de bloedsuikerspiegel zoveel mogelijk te normaliseren en zo de symptomen onder controle te houden. De medicijnen moeten vaak na verloop van tijd steeds worden opgehoogd en ook hier is regelmatig controle nodig. De behandeling van insulinoom gaat altijd gepaard met een speciaal dieet. De fret moet een voer krijgen arm aan koolhydraten en rijk aan eiwitten en vetten, dat ofwel altijd beschikbaar is of in kleine beetjes over de dag wordt gespreid. Snoepjes mogen niet meer worden gegeven.
Wanneer de fret in een acute crisis of aanval verkeert, dan moet hij wél zo snel mogelijk suikers aangeboden krijgen. Als de fret nog eet, mag hij normaal voer krijgen. Als dit niet gaat en het dier niet kan slikken moet een suikeroplossing of honing op de slijmvliezen in de mond worden gesmeerd. Wanneer de fret hiervan opknapt, mag hij wat dieetvoer krijgen. Maar: neem bij een aanval of wanneer u zich zorgen maakt altijd contact op met de dierenarts!
Preventie & Prognose
De behandeling van insulinoom is intensief en vereist goede zorg en motivatie van u en ons als dierenarts. Er wordt geprobeerd de symptomen zo lang mogelijk onder controle te houden en de fret een zo lang mogelijk kwaliteitsvol leven te geven. Dit kan goed gaan, maar helaas kunnen klachten op termijn altijd terugkomen of verergeren. Hoe langer de klachten al spelen vóórdat de diagnose wordt gesteld, hoe minder gunstig de prognose.
Om de kans op het ontwikkelen van insulinoom bij de fret te verkleinen, is het belangrijk een voer van goede kwaliteit te geven, dus eiwitrijk en koolhydraatarm. Snoepjes worden best vermeden.