https://www.dierenkliniektiel.nl/app/uploads/2017/10/catalyst.jpg Ga naar de inhoud
hero afbeelding diagnostiek

Fertiliteitsbegeleiding

Mocht u met uw hond een nestje willen, dan kunt u bij onze kliniek terecht voor fertiliteitsbegeleiding. Hierbij helpen we om het beste moment van dekking te bepalen, zodat de kans op dracht vergroot wordt. Het blijft natuurlijk altijd een natuurlijk proces met veel variaties en invloeden op het succespercentage.

Cyclus hond

De teef krijgt haar eerste loopsheid, die start op de eerste dag dat er bloederige uitvloeiing uit de vulva wordt gezien, meestal tussen de 6 en 16 maanden leeftijd. Dit kan per dier en ras erg verschillen. Vervolgens worden de meeste rassen 2 keer per jaar loops. De loopsheid duurt gemiddeld 3 weken, maar ook dit kan per individu erg verschillen. Naast bloederige uitvloeiing is vaak sprake van een gezwollen vulva, onrust, vaker urineren en aantrekkelijk zijn voor reuen.

De teef is niet de gehele loopsheid vruchtbaar. Het betreft slechts enkele dagen na de eisprong. Deze vindt gemiddeld op dag 9 tot 14 plaats, maar dit kan per teef erg verschillen en zelfs variëren van dag 5 tot 30 na start van de loopsheid. Na de eisprong heeft de eicel nog 24 – 48 uur nodig om te rijpen. De teef is dus niet direct vruchtbaar, waarmee rekening gehouden moet worden bij het bepalen van het beste dekmoment.

Door middel van fertiliteitsbegeleiding kan meestal een goede inschatting worden gemaakt wanneer er sprake is van de eisprong. Zo kan het beste moment voor dekking bepaald worden. Dit inschatten kan met behulp van meerdere methodes; progesteronbepaling, cytologie en vaginoscopie. Het samenvoegen van deze methodes geeft de meest betrouwbare schatting.

Progesteronbepaling

Na afname van een kleine hoeveelheid bloed (0.6 – 0.7 ml) kunnen wij in ons laboratorium de concentratie progesteron in het bloed bepalen. Vóór de ovulatie begint het progesteron in het bloed al te stijgen. Wanneer deze waarde een bepaalde grens overgaat, weten we dat de hond rond de ovulatie zit. Echter, ook dit is per individu sterk verschillend en het is dan ook aan te raden om ter aanvulling gebruik te maken van cytologie en eventueel ook vaginoscopie.

Cytologie

Bij cytologie wordt een afdrukpreparaatje gemaakt van het slijmvlies van de vulva. Dit betekent dat een microscoopglaasje kort tegen het slijmvlies van de vulva gedrukt wordt, waardoor er celletjes worden afgegeven. Deze kunnen vervolgens, na kleuring, onder de microscoop worden bekeken. Dit wordt gedaan door dierenarts A. Rappoldt.

Dierenkliniek Tiel-Drumpt: Fertiliteitsbegeleiding; het afnemen van vaginale cytologie

Het type cellen dat in het preparaat aanwezig is, vertelt iets over in welk stadium van haar cyclus de teef verkeert.

Dierenkliniek Tiel-Drumpt: Fertiliteitsbegeleiding; een parabasale cel
Wanneer er veel parabasale cellen zichtbaar zijn, is de teef in anoestrus. Dit betekent dat er sprake is van de langdurige rustperiode tussen twee loopsheden in.
Dierenkliniek Tiel-Drumpt: Fertiliteitsbegeleiding; een intermediaire cel
Intermediaire cellen zijn groter dan parabasale cellen en kunnen onregelmatig of hoekig van vorm zijn. Ook deze cellen zijn tijdens anoestrus aanwezig. Echter wanneer zij toenemen in grootte en aantal, is er sprake van hormonale activiteit en gaat de teef richting ovulatie.
Dierenkliniek Tiel-Drumpt: Fertiliteitsbegeleiding; een superficiële cel
Wanneer er superficiële cellen verschijnen bij cytologie, weten we dat ze rond de ovulatie zit. Wanneer in het preparaat sprake is van 80% superficiële cellen zonder celkern (anucleaire cellen), is een dekking aan te raden.
Vaginoscopie

Bij vaginoscopie kan met behulp van een scoop (buisje met camera) de binnenkant van de vagina worden bekeken. Hiermee bekijken we de kleur, zwelling en eventuele uitvloeiing en afwijkingen aan het vaginaslijmvlies. Wanneer een teef bijvoorbeeld rond haar eisprong zit, is bleek en rimpelig slijmvlies in de vagina te zien. Deze vorm van diagnostiek wordt door veel teven als minder prettig ervaren en wordt dan ook minder gebruikt.

Omdat er zoveel individuele verschillen tussen teven kunnen zitten, raden wij aan te starten met fertiliteitsbegeleiding op dag 5 van de loopsheid.

Als u zekerheid wilt of uw hond drachtig is of als u graag wilt graag weten hoeveel pups u kunt verwachten, dan kunnen we door middel van diagnostische beeldvorming hier meer duidelijkheid over krijgen.

Drachtecho

Vanaf dag 21 bij de hond en dag 18 bij de kat na de laatste dekking is het mogelijk om een echo van de baarmoeder te maken om te zien of de teef/poes drachtig is geraakt. Het meest betrouwbaar is dit rond dag 28 – 30. Er kan dan ook een schatting gemaakt worden van het aantal pups. Echter, middels echo is deze schatting minder specifiek dan via het maken van röntgenfoto’s.

Drachtröntgenfoto’s

Een accuratere schatting van het aantal pups is te maken met röntgenfoto’s van de buik. Dit kan wel pas later in de dracht, aangezien de botten van de pups in een eerder stadium nog van kraakbeen zijn en daardoor niet goed zichtbaar op de foto’s. Vanaf dag 45 na de laatste dekking kunnen röntgenfoto’s worden gemaakt. Op de foto’s zijn dan duidelijk de skeletjes van de pups te zien. Het is wel handig om de dag van de foto’s weinig voer te geven, omdat anders de volle maag en darmen het tellen behoorlijk kunnen bemoeilijken.