Hypothyreoïdie
De schildklier van mensen en dieren is van belang voor de stofwisseling in het lichaam. Het is een orgaan dat zich net onder het strottenhoofd aan weerszijden van de luchtpijp bevindt. Er wordt schildklierhormoon (thyroxine) geproduceerd met behulp van jodium, dat uit voeding wordt opgenomen. De schildklier wordt aangestuurd door de hypofyse (= een hormoonklier) in de hersenen, die TSH produceert (thyroid stimulating hormone). Zodra er genoeg thyroxine in het lichaam aanwezig is, vermindert de TSH-productie, dit noemen we een negatieve terugkoppeling.
Het kan gebeuren dat de schildklier onvoldoende thyroxine produceert, een probleem dat hypothyreoïdie genoemd wordt. Hier zijn verschillende oorzaken voor en we maken onderscheid tussen schildklierafwijkingen bij jonge en bij volwassen dieren.
Hypothyreoïdie bij jonge dieren
Hypothyreoïdie bij jonge dieren, jonger dan een half jaar oud, kan zowel aangeboren als verkregen zijn, maar komt in het algemeen zelden voor.
De verkregen vorm ontstaat als dieren een vers vleesdieet krijgen, dat alleen maar uit vlees bestaat zonder toevoegingen. Er ontstaan hierdoor meerdere deficiënties, waarvan een tekort aan schildklierhormoon er één van is. De schildklier probeert dit te compenseren door meer schildkliercellen aan te maken en groter te worden (een krop of struma), maar uiteindelijk uit zich dat toch in groeiachterstand en sloomheid. Gelukkig komt dit tegenwoordig vrij weinig meer voor. Tevens kan er door trauma aan de schedel een probleem met de aansturing van de schildklier ontstaan, waardoor er ook hypothyreoïdie ontstaat.
De aangeboren, primaire vorm ontstaat doordat het schildklierweefsel tijdens de embryonale groei op de verkeerde plaats is beland (in de borstkas), of waarbij het schildklierweefsel onvoldoende is aangelegd. Een andere aangeboren variant ontstaat als het jodium in de schildklier niet kan worden omgezet in schildklierhormoon.
Verschijnselen bij jonge dieren
De leeftijd waarop de verschijnselen gaan ontstaan is afhankelijk van of er überhaupt schildklierweefsel is aangelegd. Is dit niet het geval, dan zie je dit al in de 2e of 3e maand van hun leven. De dieren hebben een groot hoofd, lage temperatuur, zijn weinig actief, drinken moeilijk en hebben een dikkere buik. Als de hondjes ouder worden wordt de gelaatsuitdrukking wat opgezwollen, de tong wordt breder en dikker, de groei is langzamer dan nestgenootjes en ze zijn duidelijk minder actief en minder snel in dingen aanleren.
Diagnose
Door middel van het meten van thyroxine in het bloed vóór en ná stimulatie met TSH wordt de diagnose primaire hypothyreoïdie gesteld. Mocht er probleem bestaan, dan zal er een aanvullende scan gemaakt moeten worden met behulp van gelabeld jodium, genaamd scintigrafie. Hierbij kan jodium in het lichaam gevolgd worden. Vervolgens moet normaal gesproken dit jodium in de schildklier te zien zijn, maar bij hypothyreoïdie is het gelabelde jodium niet zichtbaar, doordat er te weinig schildklierweefsel aanwezig is.
Therapie
Behandeling bestaat uit het levenslang toedienen van schildklierhormoon in tabletvorm. In het algemeen verdwijnen alle verschijnselen, alleen de verminderde groei kan aanwezig blijven.
Hypothyreoïdie bij volwassen dieren
Hierbij maken we onderscheid tussen primaire en secundaire hypothyreoïdie. Primaire hypothyreoïdie betekent een probleem met de productie in de schildklier zelf. Secundaire hypothyreoïdie ontstaat als er te weinig TSH wordt geproduceerd om de schildklier aan te sturen.
De voornaamste oorzaak van primaire hypothyreoïdie is een auto-immuunprobleem, waarbij eigen antilichamen de schildkliercellen afbreken. Dit is een zeer langzaam proces van jaren. Een enkele keer worden er meerdere hormoonproducerende organen aangetast, waardoor er bijvoorbeeld ook Diabetes Mellitus of Hypoadrenocorticisme aanwezig kan zijn.
Verschijnselen bij volwassen dieren
Het zijn voornamelijk volwassen dieren, tussen de 1 en 6 jaar oud, van grote hondenrassen die hier last van hebben. De volwassen vorm komt vrijwel nooit voor bij katten, tenzij de schildklier door externe oorzaken verwijderd wordt of onderdrukt wordt door medicatie.
De voornaamste verschijnselen zijn sloomheid, sufheid, een verminderd uithoudingsvermogen en gewichtstoename. Daarbij kan een dunnere vacht met wat donkerdere huid ontstaan. De hartfrequentie is vaak lager. Teefjes worden niet meer loops, ongecastreerde reutjes krijgen kleinere testikels. Soms kan er een scheve kop of wankele gang gevonden worden of er kan diarree ontstaan.
Diagnostiek
Doordat er verschillende uitingsvormen bestaan, kan het moeilijk zijn ineens de diagnose te stellen. In het bloedonderzoek is een laag gehalte aan T4 (schildklierhormoon) te zien, met een verhoogde hoeveelheid TSH. Er is dus wel stimulatie aanwezig vanuit de hersenen, maar de schildklier produceert onvoldoende T4.
Aanvullend kan er een TSH-stimulatietest gedaan worden, waarbij er T4 wordt gemeten vóór en ná toediening van intraveneus TSH. Hierbij moet er een verhoging van T4 ontstaan bij een normaal werkende schildklier, terwijl bij een hypofunctie er geen verhoging volgt. Tegenwoordig is dit vaak niet meer nodig, omdat er een betrouwbare TSH-test bestaat.
Met bloedonderzoek kan ook het onderscheid gemaakt met secundaire hypothyreoïdie. Hierbij , waarbij er een laag T4 aanwezig is in het bloed met een lage of normale hoeveelheid TSH. Dan moet er gezocht worden naar een andere oorzaak van de klachten. Ziekte in het algemeen kan ook een verlaging van de T4-waarde geven, zonder dat de TSH verhoogd is. Dit is dan geen schildklierprobleem.
Therapie
Het is mogelijk deze aandoening te behandelen met thyroxinetabletten, met goed resultaat. Alle verschijnselen verdwijnen op den duur.
Prognose
Met medicatie is hypothyreoïdie goed te behandelen en is de prognose goed. Het is wel belangrijk de medicatie levenslang voort te zetten en regelmatig het bloed te laten controleren.