Leishmania
Leishmania is een eencellige parasiet die wordt overgebracht via zandvliegen. Deze zandvliegen komen vooral voor in het Mediterrane gebied, Oost- en West-Afrika, het Midden-Oosten, India en China. Als u uw hond mee op vakantie neemt naar Frankrijk kan het dus al belangrijk zijn om aan zandvliegpreventie te doen.
Zandvliegen kunnen de parasiet overdragen wanneer ze de hond steken om zich te voeden met bloed. Ook is besmetting via de placenta, seksueel contact en bloedtransfusie beschreven. In Nederland komt de zandvlieg niet voor.
De parasiet tast de macrofagen aan. Macrofagen zijn cellen die een belangrijke rol spelen bij de afweer. Ze helpen bij het opruimen van ziekteverwekkers en zetten andere cellen aan tot een immuunrespons. Ze bevinden zich overal in het lichaam.

Verschijnselen
Na besmetting kan het enkele weken tot jaren duren voordat de hond verschijnselen laat zien en er antilichamen meetbaar zijn in het bloed.
De verschijnselen kunnen enorm uiteen lopen en worden voornamelijk veroorzaakt door de aantasting van kleine bloedvaatjes door de enorme hoeveelheid antilichamen die geproduceerd worden tegen de parasiet.
De meest typische verschijnselen zijn vergrote lymfeknopen en aantasting van de huid. Aan de oorranden, rond de ogen en op de neus ontstaan meestal de eerste kale schilferige plekjes, die zich bij niet tijdig ingrijpen ook over de rest van het lichaam kunnen uitbreiden.
Ook algehele zwakte, gewichtsverlies, koorts, braken, diarree, oogproblemen, mankheid, bloedneuzen en neurologische verschijnselen komen voor. Door aantasting van de nieren kunnen honden meer gaan drinken en plassen.

Diagnostiek
Er zijn meerdere manieren om een Leishmania-infectie vast te stellen. Middels bloedonderzoek in een extern lab kan worden onderzocht of er antilichamen meetbaar zijn.
Wanneer er bloedonderzoek gedaan wordt is het belangrijk om naast de antilichaamtiter ook bloed af te nemen voor een algemeen bloedbeeld. Leishmaniose kan hierin namelijk veel afwijkingen geven, zoals verhoogde nierwaarden, leverwaarden en ontstekingseiwitten. Daarnaast kunnen bloedarmoede en afwijkingen in de witte bloedcellen gevonden worden. Deze waardes zijn ook belangrijk voor de prognose en monitoring.
Urineonderzoek is nodig om te bekijken of de nieren nog goed kunnen concentreren en het verlies van eiwitten via de urine uit te sluiten.
Soms kan de parasiet zelf onder de microscoop gezien worden bij biopten van de huid of lymfeknopen. Ook kan de aanwezigheid van het DNA van de parasiet worden vastgesteld in deze biopten of in het bloed.
De diagnose wordt bevestigd door de combinatie van klinische verschijnselen en de uitslagen van laboratoriumonderzoeken. Met name het meten van verhoogde antilichamen en het vinden van passende afwijkingen in algemene bloed- of urineonderzoek zijn hierbij doorslaggevend.
Therapie
Het is belangrijk om na het stellen van de diagnose te bepalen in welk stadium van de ziekte de hond zich bevindt. Dit wordt gedaan aan de hand van de internationaal opgestelde richtlijnen. Aan de hand van de stagering wordt het vervolgplan aangepast en kan een prognose worden gegeven.
Wanneer de hond eenmaal met Leishmania besmet is geraakt, komt de hond nooit meer helemaal van de parasiet af. Deze blijft zich schuilhouden in de weefsels en kan weer een opleving krijgen. Dit kan zelfs jaren later zijn. Wel is met medicatie de parasiet vaak goed te onderdrukken, waardoor een dier heel lang klachtenvrij kan blijven.
Soms wordt met de start van de therapie gebruik gemaakt van een combinatie van 2 medicijnen, om de parasiet sterker de kop in te kunnen drukken.
Monitoring
Leishmania vergt levenslange monitoring. Idealiter wordt elk halfjaar gecontroleerd op klinische verschijnselen en wordt bloed- en urineonderzoek uitgevoerd.
Aan de hand van hoe het gaat kan worden besloten of er gestopt kan worden met de medicatie. Honden kunnen hierna nog een tijd klachtenvrij blijven. Bij recidief dient weer gestart te worden met medicatie.
Prognose
De prognose is sterk afhankelijk van in welk stadium de hond verkeerd wanneer de diagnose wordt gesteld. Wanneer er al sprake is van schade aan de nieren of ogen is de prognose slechter.
Preventie
Voorkomen is beter dan genezen. Aangezien de hond na een besmetting nooit meer helemaal van deze parasiet afkomt, is preventie sterk aan te raden. Gaat de hond mee op vakantie naar het buitenland naar een plek waar Leishmania voorkomt, dan is preventie tegen zandvliegen essentieel. Er zijn middelen beschikbaar voor de hond die ervoor zorgen dat de zandvlieg doodgaat bij het steken. Ook is aan te raden de hond in de avonduren binnen te houden, wanneer de zandvliegen het meest actief zijn.

Mocht u ervoor kiezen om een hond uit het buitenland te adopteren die gezond lijkt, dan is belangrijk om te weten dat het soms jaren kan duren voordat er klinische verschijnselen optreden. Er wordt vaak een bloedonderzoek gedaan bij deze dieren voor de adoptie, maar hierbij kan de uitslag vals negatief zijn, aangezien de parasiet dan nog in sluimerende staat kan verkeren.
