Metomotyl 10 mg tabletten

Metomotyl 10 mg tabletten met smaakstof voor honden

1. Naam en adres van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen en de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte, indien verschillend

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
AST Farma B.V.
Wilgenweg 7
3421 TV Oudewater

Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
Lelypharma B.V.
Zuiveringsweg 42
8243 PZ Lelystad

2. Benaming van het diergeneesmiddel 

Metomotyl 10 mg tabletten met smaakstof voor honden

Dierenkliniek Tiel-Drumpt: Bijsluiter metomotyl 10 mg tabletten

3. Gehalte aan werkzame en overige bestanddelen

Per tablet:
Metoclopramidehydrochloride          10,0 mg
(als metoclopramidehydrochloride-monohydraat)

4. Indicaties

Frequent braken, maagdilatatie, chronische gastritis, duodeno-gastrale reflux en diarree gepaard gaande met een atonisch maagdarmkanaal.

5. Contra-indicaties

Niet gebruiken bij darmobstructies en -perforaties.

6. Bijwerkingen
  • extrapyramidale verschijnselen;
  • sufheid;
  • diarree.

Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.

7. Diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is 

Hond.

8. Dosering voor elke doeldiersoort, wijze van gebruik en toedieningsweg

Voor oraal gebruik.
0,25 mg metoclopramidehydrochloride per kg lichaamsgewicht, 4 maal daags.

9. Wachttijd

Niet van toepassing.

10. Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet bewaren boven de 25 °C.
Niet in de koelkast of vriezer bewaren.
Niet te gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP:

11. Speciale waarschuwingen

Speciale waarschuwingen voor elke diersoort waarvoor het diergeneesmiddel bestemd is
Niet toedienen aan honden lichter dan 10 kg.

Gebruik tijdens dracht of lactatie
De veiligheid van het diergeneesmiddel is niet bewezen tijdens de dracht en lactatie

Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Niet toedienen met atropine-achtige stoffen en phenothiazines.

Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota), indien noodzakelijk
Bij overdosering zijn geen andere ongewenste effecten bekend dan die genoemd onder de rubriek ‘bijwerkingen’.

12. Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen van niet-gebruikte diergeneesmiddelen of eventuele restanten hiervan 

Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale vereisten te worden verwijderd.

13. De datum waarop de bijsluiter voor het laatst is herzien

18 februari 2020

14. Overige informatie

10 tabletten in een PVC/aluminium blisterverpakking.
10 of 50 blisterverpakkingen in een polypropyleen flacon.
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht. REG NL 117484

KANALISATIE
UDA