Er zijn meerdere situaties te verzinnen waarbij een verband, met of zonder spalk, aangelegd moet worden. Denk bijvoorbeeld aan sommige botbreuken, pees beschadigingen, wonden of wanneer er extra steun nodig is.
Bij verbanden wordt meestal gebruik gemaakt van polstering (dit zijn zachte, meestal witte verbanden), waarmee wordt geprobeerd om drukplekken te voorkomen. Daarna komt het afdekkende verband, dit geeft meestal ook de steun. Indien nodig kan hiertussen een spalk aangelegd worden. In het geval van wonden zijn er nog allerlei soorten producten die rechtstreeks op de wond geplaatst kunnen worden, waar vervolgens de polstering en het afdekverband weer overheen geplaatst worden.
Een verband is altijd een tussenvorm. Het moet niet te los zitten, omdat hij er dan afgaat. Hij mag echter zeker niet te strak zitten, vanwege het gevaar van afklemmen. Op sommige plekken is dat redelijk eenvoudig, op andere plaatsen heel lastig. De moeilijkheidsgraad kan nog verhoogd worden door de diersoort waar het om gaat en de medewerkzaamheid van het dier zelf.
Het is duidelijk dat er bij het onderhouden van een verband aardig wat risico’s zijn op complicaties. Om de risico’s hierop zo klein mogelijk te maken, is het zaak om de dieren, waarbij een verband is aangelegd, extra goed in de gaten te houden. In deze nazorgbrief willen we u een aantal tips geven waar u op kunt/moet letten.