Het oog is een bol, waarbij de vorm onder andere wordt behouden door continue aanmaak en afvoer van vocht, het kamerwater. Dit kamerwater wordt geproduceerd achter de pupil en stroomt naar voor in het oog om afgevoerd te worden. Zodra er een probleem ontstaat met deze afvoer, dan kan het kamerwater niet meer weg, waardoor het oog steeds voller wordt en de oogboldruk toeneemt. Deze verhoogde oogboldruk noemen we glaucoom (ook wel groene staar genoemd, niet te verwarren met grijze “ouderdoms”-staar). Glaucoom kan onder andere voorkomen bij de hond, de kat en het konijn.
Symptomen
De verhoogde oogboldruk kan zich ofwel langzaam ontwikkelen, ofwel er treedt binnen een aantal uren een aanvalsgewijze drukverhoging op. Het gevolg is een blauwverkleuring van het hoornvlies, pijnlijkheid van de kop en een grote pupil (voor zover nog zichtbaar) en dieren zijn vaak lusteloos. Indien dit ontstaat moet er snel (binnen 2-7 dagen) worden ingegrepen, anders ontstaat er onherstelbare schade aan het oog. Indien een verhoogde oogboldruk te lang bestaat, kan er schade optreden aan de oogzenuw en het netvlies, wat blindheid veroorzaakt. Tevens kan de oogbol vergroten, wat weer tot gevolg kan hebben dat de bandjes die de lens vasthouden scheuren, waardoor de lens los in het oog komt te liggen. Dit heeft weer ontsteking van de iris tot gevolg. Loslating van de lensbandjes kan echter ook als oorzaak voor het glaucoom optreden, doordat er verdrukking van de afvoer ontstaat als de lens naar voren helt.
Glaucoom kan ook langzaam en vrijwel ongemerkt ontstaan. Eén van de eerste verschijnselen is een ongelijke pupilgrootte, een lichte waas over het oog of versterkt zichtbare bloedvaatjes op de witte oogrok (sclera).
Diagnostiek
Het is mogelijk om bij de hond, kat en het konijn de oogboldruk te meten met een speciaal meetinstrument, de TonoVet. Hiermee kan tijdens een consult een betrouwbare drukmeting uitgevoerd worden en doordat de meting pijnloos is, wordt deze goed geaccepteerd door de meeste dieren. Het is belangrijk deze metingen regelmatig te herhalen en ook de druk in het andere oog te meten. Aangezien bepaalde rassen gevoelig zijn voor het ontwikkelen van glaucoom, treedt deze aandoening uiteindelijk meestal beiderzijds op en moet het andere oog goed in de gaten gehouden worden voor drukveranderingen.
Therapie en Preventie
Als men er vroeg bij is, kan de verhoging van de druk onder controle gehouden worden met medicatie. Indien er irreversibele veranderingen van de oogbol, het netvlies of de oogzenuw zijn opgetreden en het oog praktisch blind is, kan het verwijderen van het oog de meest diervriendelijke mogelijkheid zijn. Hiermee wordt de pijnbron verwijderd. Bij mensen kan dit een probleem zijn, omdat onze zintuigen niet zo goed ontwikkeld zijn, als bij de hond of kat. Dieren hebben nog hun reuk, gehoor, gevoel en hun smaakpapillen (en een 2e oog) waar ze zich heel goed mee kunnen redden, zodat het verlies van 1 oog geen onoverkomelijk probleem hoeft te zijn.