Wanneer men een voedster en een rammelaar samen wil houden, dan kan het voor het gedrag beter zijn om de dieren te laten steriliseren of castreren. Tevens voorkomt dit nestjes en afwijkend gedrag bij schijndracht van de voedster. Verder krijgen de meeste voedsters op latere leeftijd baarmoederkanker. Vroegtijdige sterilisatie voorkomt dit.


Hoe gaat zo’n operatie nu in zijn werk?
Voorbereiding voor de sterilisatie van het konijn
Bij binnenkomst controleren we het konijn: we meten de temperatuur, luisteren naar het hart en de longen en voelen of er geen aanwijzingen zijn voor problemen in de buik.
Vervolgens krijgt ze alvast een pijnstiller, zodat deze optimaal werkt tijdens de operatie. Vlak voor de operatie krijgt ze nog een injectie om het maagdarmkanaal op gang te houden. Konijnen krijgen onder invloed van pijn of stress snel last van een stilliggend maagdarmkanaal. Mochten we hier al aanwijzingen voor vinden in het pre-anesthetisch onderzoek, dan zullen we de operatie ook uitstellen, tot dit hersteld is.
Kort voor de operatie wordt het voer weggehaald zodat de bek leeg is ten tijde van de sterilisatie.
Nadat de voedster de narcose gehad heeft en in slaap is gevallen, wordt ze geschoren in de voorbereidingsruimte. Hierna gaat ze naar de operatiekamer, waar er een buisje (een V-gel, larynxmasker) in de keel wordt ingebracht. Zo kunnen we zuurstof en slaapgas toedienen en tevens de ademhaling monitoren, met behulp van een capnograaf.
De sterilisatie van het konijn
Als eerste wordt het operatiegebied schoongemaakt en steriel gemaakt. De chirurg kleedt zich om voor de operatie (speciale kleding, schoeisel, muts, mondkapje e.d.) en gaat zijn/haar armen en handen wassen.
In de operatiekamer trekt de chirurg steriele handschoenen aan en wordt het konijn met een steriele doek bedekt. Vervolgens wordt het chirurgische instrumentarium klaargelegd.

Nu kan de buik geopend worden, tot vlak voor het bekken. Om de buik open te houden, wordt de “lone star retractor” geplaatst. Hiermee is er goed zicht en werkruimte te verkrijgen. De eierstokken liggen bij het konijn vrij ver naar de zijkant, de darmen liggen vaak in de weg en zijn erg fragiel. Met de “lone star retractor” kan de sterilisatie veiliger worden uitgevoerd.

Na het afbinden van de bloedvaten worden de eierstokken en de baarmoeder verwijderd. Hierbij wordt goed opgelet dat ook daadwerkelijk de hele eierstok verwijderd wordt, wat soms lastig te zien is door het vet eromheen.
Hierna worden de buikwand, de onderhuid en de huid gesloten. Vaak is het weefsel heel dun waardoor het hechten lastig kan zijn. Het is zaak om de hechtingen goed onder de huid te krijgen.
Omdat een konijn zijn nachtontlasting moet kunnen opeten voor de bacteriën, is een kraag niet aan te raden. Soms zetten we aan de buitenkant van de huid nog een aantal steunhechtingen voor extra veiligheid.
Na de sterilisatie van het konijn
Wanneer de operatie klaar is, krijgt ze een injectie om sneller wakker te worden. Totdat ze reageert krijgt ze nog zuurstof toegediend. Omdat dieren onder narcose snel afkoelen, wordt ze vervolgens in de couveuse gelegd. Zowel onderkoeling als oververhitting kunnen gevaarlijk zijn. Om die reden houden we de temperatuur goed in de gaten en handelen naar bevinden met behulp van kruiken, warmtelamp en/of airco. Voordat de voedster naar huis mag, zorgen we altijd dat er nog wat voer ingegeven wordt. Hiermee zorgen we voor een betere uitgangssituatie voor het herstel.
Zodra het konijn thuis is, dient het eten en de ontlasting goed in de gaten gehouden te worden. Tevens is een aantal dagen een schone, stofvrije ondergrond van belang voor de wond. Het is goed om af en toe te kijken of deze niet stiekem opengepeuterd is.
We zien dat jonge konijntjes meestal sneller en makkelijker herstellen dan de oudere, dus sterilisatie van het konijn op jonge leeftijd lijkt om meerdere redenen te verkiezen. Daarbij is het gemakkelijker om gesteriliseerde en gecastreerde dieren te koppelen.
Hieronder de sterilisatie van het konijn in beeld














